‹ Terug naar overzicht

“Hij is nog steeds een God van wonderen”

Downloaden als PDF
Verhaal_dHeer.jpg

Dubbele zegen

Docent J. (Jan) de Heer uit Hardinxveld-Giessendam geeft Godsdienst en Burgerschapsvorming binnen de sector economie van het Hoornbeeck College in Rotterdam.

"Onze oudste was 9 jaar, de jongste 5. Je bidt voor gezinsuitbreiding, maar als dat uitblijft geef je het een plaats en krijg je er vrede mee. Het hield onze oudste zoon echter wel steeds bezig. Hij bad dagelijks voor een broertje of zusje. Dat vond ik beschamend, wij leefden verder, terwijl hij vasthoudend was in zijn gebed.

In januari 2020 was ik even buiten en mijn vrouw Dineke zei: kom eens binnen. Daar vertelde ze in verwachting te zijn. We waren heel erg verrast. Bij de twaalfweken echo hoorden we pas dat het een tweeling was, want bij de achtweken echo was dat nog niet bekend. Daar hadden we geen rekening mee gehouden, je denkt meteen aan de praktische gevolgen, maar ook aan de dubbele zegen van de Heere.

Het bleek een eeneiige tweeling te zijn en dat geeft meer risico's op complicaties. We kwamen in een modus van strenge controles terecht. Toen één van de twee een groeivertraging vertoonde, belandden we in het Wilhelmina Kinderziekenhuis Utrecht. Daar werd Dineke in de 27e week van haar zwangerschap opgenomen. Ze moest echt alles thuis loslaten. Dat was zwaar, maar ik ervaarde rust en overgave bij haar. We mochten alles van Hem verwachten. 

Door Gods almacht mocht Dineke de 32 weken halen. Op 22 juli is daar onze tweeling geboren. Op Zijn tijd. In de eerste week van mijn zomervakantie, zodat ik de weken daarna er veel kon zijn voor het gezin. In dat tijdstip hebben we duidelijk Gods leiding ervaren. 

Hij heeft de regie. Anna woog 1800 gram, Loïs 1200 gram. We verwonderden ons dat ze allebei huilden na de geboorte. Een intensieve tijd volgde, waarbij de kinderen eerst op de intensive care lagen. Wij ‘buidelden’ ze veel, dat is een kleintje op je borst leggen om het hechtingsproces te stimuleren. Na een week werden ze overgeplaatst naar Dordrecht, waar ze nog zes weken hebben gelegen. 

Inmiddels zijn ze allebei thuis en mag het steeds beter gaan met de meisjes. Alleen Loïs heeft nog een sonde naast het drinken van de fles. Ook hebben ze al een goed dag- en nachtritme. Afgelopen zondag zijn ze gedoopt en we mochten ondanks de beperkingen 
met een klein groepje de psalmen meezingen. ‘k Zal gedenken, hoe voor dezen, ons de HEER heeft gunst bewezen. Dat vers uit Psalm 77 is ons uit het hart gegrepen. De afgelopen periode was voor ons een oefening in afhankelijkheid en overgave aan de Heere. Tegelijk hebben we ervaren: zou voor de Heere iets te wonderlijk zijn? Ik zou aan iedereen willen meegeven: 

“Hij is nog steeds een God van wonderen”  

Hij is niet anders dan in de tijd van de Bijbel. 
“De hemelse Vader bekommert zich over ons en onze kinderen. Daarom: vertrouw op God, leef in afhankelijkheid van Hem.“